DAG 8 :   MENTQUE – WISQUES:  “De naam van de roos”

28 juni 2020 - Wisques, Frankrijk

Vandaag hoop ik de St.Paul-Abdij van Wisques te bereiken, maar of dat gaat lukken is nog maar de vraag. Er staat veel wind, tussen de opklaringen worden een aantal stevige buien verwacht en het is alweer heuvelachtig. Maar ik heb nog mijn geheim wapen: voor we op stap gaan, krijgt Nelson nog een handvol luzerne-korrels.

Vandaag is het de tweede ronde van de Franse gemeenteraadsverkiezingen. Het cafeetje aan la mairie is nu wel open en vele stemmers drinken er al een vroeg aperitief en staan druk te discussiëren op de binnenkoer.

De korrels lijken te helpen: de eerste drie kilometers leggen we af in een recordtempo van slechts veertig minuten. Maar dan wordt Nelson in zijn flow gestoord door groepjes mountainbikers die ook het Francigena-pad nemen.

DSC_0083

Nelson neemt wraak op de mountainbikers door drollen op hun pad te deponeren

DSC_0085 (1)Middeleeuwse toren gerecycleerd tot molen 

We stoppen aan een berm met veel gras nabij het kerkje van Moringhem. Na het eten doen we allebei een dutje: ik op de grond met mijn hoofd op het zadel, Nelson rechtopstaand, met open ogen en één poot van de grond geheven (ja, zo doen ezels dat).

Niet dat hij er sneller van gaat stappen, integendeel, de volgende twee heuvels moet ik hem weer naar boven sleuren.

Gelukkig zien we in de verte de abdij van Wisques, die minder ver ligt dan het dorp zelf. Nelson lijkt het te ruiken dat we bijna bij onze slaapplaats zijn en huppelt richting abdijpoort.

Hallelujah, we hebben het gehaald!

DSC_0112 (1)

De Benedictijnerabdij van Wisques (gesticht in 1889), oorspronkelijk een kasteel uit de 13e eeuw

Een beetje verderop is er nog een tweede abdij, die van Sainte-Marie de Wisques, maar daar zullen Nelson en ik niet welkom zijn denk ik, want daar wonen “monialen” (vrouwelijke variant van monniken).

Aan de ingang van de St.-Paul-abdij houdt een stokoude Benedictijner-monnik het souvenirwinkeltje open. Ik leg hem uit dat we willen overnachten en hij belt naar de verantwoordelijke monnik. Ik sterf van de dorst en vraag hem of hij ook dranken verkoopt.

“Jawel, tweede rek links,” antwoordt hij vriendelijk. In het rek vind ik alleen likeuren en siropen. Grapjas, die ouwe Benedictijn.

Maar daar is de gasten-broeder al, een boomlange magere man van een jaar of dertig. Hij is heel vriendelijk en leidt me langs een zij-ingang naar de koer van de abdij. Daar krijgt Nelson een plek op het gras onder de bomen. 

DSC_0091 (1)Nelson is ingetreden als Benedictijn

Ik krijg een “cel” vlakbij op de eerste verdieping van het gastenverblijf, zodat ik mijn ezel kan in ’t oog houden.

DSC_0089 (1)Even uitrusten in mijn “cel”

Ondertussen zit de gastenbroeder te mediteren over de schoonheid van de ezel…

DSC_0108 (1)

Om halfacht ben ik uitgenodigd voor het avondmaal in de refter van het klooster. De gastenmonnik komt me halen en leidt me door een labyrint van gangen. Zo komen we in de monumentale eetzaal, met hoge muren en glasramen in rood en geel die een mysterieuze sfeer creëren. Mijn gids verwittigt me dat de maaltijd in volledige stilte gebeurt.

Er zijn al een twintigtal monniken aanwezig. Ze staan als standbeelden achter hun stoel en zijn verspreid over zes tafels van zwaar eikenhout. Ze lijken wat verloren in deze ruimte die wel 200 mensen kan ontvangen. En ze zien er een beetje griezelig uit in hun zwarte pij met hun bleke verweerde hoofden.

Ik krijg een meterslange tafel voor mij alleen, vlakbij een verhoog waarop de abt, Dom Philippe de Montauzan, plaatsneemt. Zo kan hij blijkbaar in het oog houden of ik niet te veel eet en drink. Ik merk dat alleen op mijn tafel een volle fles wijn staat. Ik zal me moeten inhouden…

Er weerklinkt een roestige bel. Iedereen buigt diep voorover en blijft gedurende het gebed vijf minuten in die houding staan. Dan begint een klagerig gezang in het Latijn. Nu pas merk ik een monnik op een verhoogde kansel die gedurende de hele maaltijd teksten in het Latijn en het Frans zal reciteren aan een bezwerend ritme. Ik heb het gevoel in de film “De naam van de roos” terecht gekomen te zijn.

Voor we kunnen zitten is de terrine met courgettesoep al lang koud. Maar ze smaakt heerlijk. Ik wil net nog een bord opscheppen, als de kelner-monnik de terrine onder mijn neus wegneemt. De abt heeft mijn “gulzigheid” blijkbaar gemerkt… Je moet hier snel zijn om genoeg te eten, want de twee senior-monniken aan de tafel naast mij zijn al aan het hoofdgerecht begonnen.

Deze keer schep ik van de eerste keer mijn bord goed vol, want ik wil niet meer varen zoals met de soep. Ook de hoofdschotel smaakt overheerlijk na zo’n zware dagtocht: een soort cous-cous met aubergines, gekookte eieren, zalm en sla. Ik moet me haasten, de twee oudjes zijn al aan het dessert begonnen… Ik sla zo vlug ik kan een portie dikke pudding met gedroogde pruimen achterover: heerlijk... Als extra toetje krijgen we zelfs nog een bordje met een tiental Belgsche pralines J Onder het toeziend oog van de abt durf ik er maar drie van op te eten…

Na de maaltijd zijn er nog de “complies” in de kapel: een zangstonde om de dag te sluiten.

Ik kom de bidplaats binnen en heb de keuze: wijwater of ontsmettingsgel. Ik heb meer vertrouwen in de wetenschap en kies voor het laatste. Samen met 4 andere bezoekers wacht ik in stilte achteraan in de kapel op de entree van de monniken. 

Dan horen we piepende scharnieren en een zijdeur draait langzaam open. De monniken, allemaal in zwarte mantel-pij met grote kap schuifelen naar hun plaats in de kapittelbanken.

De ceremonie begint met gereciteerde teksten in het Latijn. Dan volgen mooie gezangen. Geen Gregoriaanse stemmen, maar wel mooi gedaan. De monniken zitten soezend op hun houten banken en kennen alles van buiten. Ik laat me mee wiegen op het slepende ritme van de muziek (iemand speelt ook gitaar en orgel) en krijg weer beelden van “De naam van de roos” voor mijn ogen. Zo meteen valt er een vergiftigde monnik voorover op de kapelvloer zoals in de film…

De cijfers van de dag :

-       afgelegde dagtrip:  9 km 650 m.

-       totale tijd sinds vertrek vanmorgen: 7 u. 24 min 

-       staptijd: 3 u 31 min 

-       gemiddelde snelheid: 2,7 km/u.  

-        tijd gestopt :  03 u. 53 min 

Muziekje van de dag:

“Kyrie” (Soundtrack “The name of the rose”) (James Horner), 1986

Zo klonk het vanavond tijdens de “Complies”

Link:

https://www.youtube.com/watch?v=udHW7LOeGGY

Foto’s

2 Reacties

  1. Jet:
    30 juni 2020
    Pure verwennerij: 2 verslagen op 1 dag! Ik heb me een kriek gelachen Luc!
  2. Claudine:
    30 juni 2020
    Je connais la suite... Mais chut !!! À demain...